Hannah Ritchie vertelt het klimaatverhaal op een alternatieve manier en laat zien met historische lijnen en datagegevens dat mensen die actief handelen wel degelijk ernstige problemen kunnen verbeteren. Haar boodschap levert haar een bestseller op.

Extreem weer: recordaantal hittedoden in Amerikaanse stad Phoenix (Parool) ; Zee-ijs rond Antartica op dieptepunt: ‘ruim 45 keer Nederland ontbreekt’ (NOS). Twee voorbeelden van koppen boven klimaatartikelen in Nederlandse media. De leider van het VN-klimaatpanel IPCC vreest dat burgers afhaken door te alarmistische berichtgeving[i]. Die vrees is terecht, zo blijkt uit recent onderzoek: de zorgen over klimaatverandering nemen in Nederland af, ook al was 2023 het warmste jaar ooit gemeten.[ii]

Klimaatkoppen maken bang en angst remt af. Mede door maatschappelijke problemen als klimaatveranderingverslechtert het mentaal welbevinden, vooral van jongeren. Uit wereldwijd onderzoek blijkt dat drie kwart van de 100.000 ondervraagde 16- tot 25-jarigen bang is voor de toekomst.[iii] Meer dan de helft gelooft in de stelling ‘de mensheid is gedoemd’.

Bestseller

Silent Spring (Rachel Carson), The Sixth Extinction (Elizabeth Kolbert) en The Uninhabitable Earth (David Wallace-Wells) zijn invloedrijke boeken die de klimaatpuzzel analyseren en verontrustende conclusies trekken. Maar hoe invloedrijk ook, deze boeken schetsen geen toekomst om naar uit te zien. Momenteel gebeurt echter iets opvallends: terwijl een groep kiezers het klimaat van de politieke prioriteitenlijst in Nederland stemt, verschijnt een boek over klimaatverandering bovenaan de bestsellerlijst. 

In kranten riep Niet het einde van de wereld van auteur Hannah Ritchie bezorgde opiniërende artikelen op. Klimaatoptimisme? Ritchie (1993) – die in 2010 een studie milieu- en geowetenschap begon en tegenwoordig werkt als senior researcher in Oxford – werd aangevallen omdat door ‘positivisme de ernst en urgentie om te handelen verloren kan gaan’, zoals wetenschappers in de Volkskrant schreven.[iv] Al in het intro van haar boek geeft Ritchie deze critici gelijk: ‘Onvoorwaardelijk optimisme is ook echt dom. En gevaarlijk.’ En, zo geeft ze als disclaimer: ‘Laat me meteen even één ding heel duidelijk maken: ik ontken de klimaatverandering niet en bagatelliseer die ook niet.’ 

Streamer:

‘Wij hebben de kans om de eerste generatie te worden die duurzaamheid waarmaakt’

Juist daarom is Niet het einde van de wereld een belangrijk boek. Niet omdat de inhoud nieuw is, wel omdat de vorm dat is. Ritchie vertelt het klimaatverhaal op een alternatieve manier, door met historische lijnen en datagegevens te laten zien dat mensen die actief handelen wel degelijk ernstige problemen kunnen verbeteren. 

Welke verhalen raken mensen?

Weinigen hebben zo langdurig verhaalvormen geanalyseerd als de Amerikaanse schrijver Kurt Vonnegut (1922 – 2007). Vonnegut specialiseerde zich in de sjablonen, de manieren waarop een verhaal verteld kan worden. Welke verhalen raken mensen en welke verhalen doen dat niet? 
Vonnegut maakt onderscheid tussen acht sjablonen, die te herkennen zijn in de verhalen die boeken, films en toneelstukken vertellen. Verhaalvormen ontstaan, volgens Vonnegut, uit een wisselwerking tussen ‘ups’ en ‘downs’. Misschien wel het populairste verhaalsjabloon dat Vonnegut analyseert, is wat hij ‘man in hole’ noemde. Het verhaal begint vrolijk, er doet zich een probleem voor, het probleem voelt uitzichtloos en wordt uiteindelijk opgelost. 

De sjablonen van Vonnegut verklaren waarom romantische young-adult titels beter verkopen dan de verhalen van Tsjechov en Kafka.[v] Het is het verhaal dat het christendom vertelt, en de Verlichting, het communisme en kapitalisme. Het is ook het verhaal van het grote geld, succes en populariteit, van Disney, Marvel en Warner Bros. Hoe spannend, deprimerend, ellendig het verhaal dreigt te worden: uiteindelijk loopt het goed af.

Problemen aanpakken

Silent SpringThe Sixth ExtinctionThe Uninhabitable Earth vertellen niet dat verhaal. Ritchie doet wel een aanzet. Ooit stond Beijing bekend als de ‘meest vervuilde stad ter wereld’, schrijft ze. Door de Olympische Zomer- (2008) en Winterspelen (2022) pakte de Chinese overheid de luchtkwaliteit aan. Met succes. Tussen 2013 en 2020 nam Beijings luchtverontreiniging met 55 procent af, meer dan elders in China. Dankzij de Clean Air Act uit 1970 verbeterde de Amerikaanse luchtkwaliteit spectaculair. En in Londen lukte het ook om de lucht schoner te maken. 

Ja, het klimaatprobleem is veel groter dan luchtkwaliteit. Toch tonen deze voorbeelden: met een bevolking die zich laat horen: met politieke wil en geld kán je problemen aanpakken.  

Kans grijpen

Yes, we can, luidde een hoopvolle slogan. En we can, stelt Ritchie. Van the New York Times tot GeenStijl, van Trouwtot Het Financieele Dagblad, iedereen stelt zich open voor het werk van Hannah Ritchie. Waar progressief-linkse partijen niet altijd in slagen, slaagt Ritchie wel: door feiten te respecteren én tegelijk het verhaal van klimaatverandering te herformuleren zodat dat het een kans wordt. ‘Wij hebben de kans om de eerste generatie te worden die duurzaamheid waarmaakt’, schrijft Ritchie. ‘Laten we die grijpen.’ 

Daan Krahmer is historicus, onderwijzer en schrijver.

Hannah Ritchie (2024). Niet het einde van de wereld, 352 p., uitgeverij Balans.

Dit artikel verscheen eerder in het tijdschrift voor Sociale Vraagstukken.


[i] ‘Klimaatexperts moeten niet te alarmistisch doen en ook praten over oplossingen’, zegt nieuwe IPCC-topman Bart van den Hurk | Trouw

[ii] Klimaat blijft politieke splijtzwam | Clingendael

[iii] (PDF) Climate anxiety in children and young people and their beliefs about government responses to climate change: a global survey (researchgate.net)

[iv] Opinie: Klimaatoptimisme? Dat geluid klinkt steeds vaker, maar daar schuilt een groot gevaar in | de Volkskrant

[v] ‘Zelfs mijn oma leest Young Adult-boeken’ – de opmars van een literair genre – NRC