Vijf. Weinig artiesten brengen in een decennium zoveel mooie platen uit. Damien Jurado, inmiddels een veteraan, deed het. The Horizon Just Laughed is die vijfde op rij. Zelf omschrijft de muzikant het als zijn meest persoonlijke album ooit. Dat zeggen artiesten wel vaker, maar in dit geval geloven we Jurado. De Amerikaan ging door een donkere periode. Tijdens een 2 Meter Sessie, voorafgaand aan ons interview, vertelt hij Jan Douwe Kroeske openhartig over depressie, angst en de dood. Hoewel we er niet over beginnen, komt het onderwerp ook bij ons snel ter sprake.

Vorig jaar zou hij eigenlijk al de Atlantische oversteek maken, om hier solo en akoestisch te spelen. Voornamelijke in intieme, sfeervolle kerkjes. Maar toen gebeurde iets dat de doorgaans betrouwbare Jurado nooit eerder deed: hij annuleerde zijn tournee. “Het ging niet goed met me. Emotioneel, mentaal, lichamelijk en psychologisch. Straight overboard. Een tour door Europa was kansloos. In plaats daarvan bleef ik thuis en bezocht ik intensief dokters en psychiaters. Nu voel ik me beter, en dat is best wel recent, twee maanden maar. Een vriendin van me vroeg laatst: ben je niet bang dat als je weer lekker in je vel zit, je muziek daar onder zal lijden? Daar ben ik op een bepaalde manier wel bang voor. De beste muziek, Elliott Smith en Nirvana bijvoorbeeld, komt voort uit worsteling.”

Toen hij zijn nieuwe muziek schreef en – voor het eerst – zelf opnam, worstelde Jurado haast onafgebroken. “Het maken van mijn nieuwe plaat was voor mij de beste genezing. Voor het eerst ging ik reflecteren via mijn muziek. Heel persoonlijk, op een manier zoals ik dat niet eerder deed. Ik zing op The Horizon Just Laughed over heel persoonlijke dingen. Bij de Maraqopa-trilogie verschuilde ik me achter karakters, nu gaan de liedjes over mijzelf. Ik vind het mijn persoonlijkste plaat ooit. Een eye-opener. Het is ook een profetische plaat. Veel teksten worden geschreven in metaforen. Ze gaan over dierbaren, over mijzelf.” Lachend: “Ik moest opeens heel voorzichtig zijn waarover ik schreef.”

Het oeuvre dat hij bij elkaar schreef staat bol van de prachtige liedjes. Waarom houdt hij, na al die jaren, nog steeds van muziek? “Ik vind het schrijven van muziek en opnemen het leukste dat er is. Optreden put me soms uit. Dat zeg ik alleen maar omdat ik mijzelf niet als een entertainer zie: ik zie mijzelf als een kunstenaar (Jurado schildert ook, red.), niet als een zakenman. Al mijn shows zijn even kwetsbaar: ik ben mijzelf, ik kan geen andere rol spelen. Je weet niet hoe mensen op je gaan reageren. Het zou te cool zijn om te zeggen dat ik daar niets om geef. Het kan me wel degelijk veel schelen wat mensen van mij vinden.”

Depressies als eb en vloed
Jurado’s liedjes worden vaak omschreven als verdrietig. In vrijwel ieder interview dat je leest komt zijn mental health ter sprake. “Ik vind het niet erg. Mijn angsten en depressie gaan ook als eb en vloed. Het probleem is: ik kies bewust om niet aan de medicatie te gaan. Dat heb ik tien jaar gedaan. Het is alsof je een pleister op een wond plakt. Stel je hebt een gat van vijf centimeter in je arm, je gaat hulp vragen, maar ze geven je een pleister. Die pleister weert de infectie, maar lost het probleem niet op. Medicatie is een pleister, geen oplossing. Zonder medicatie en met veel geluld kom je bij de oorzaak van het probleem.”

Nu heeft Jurado ook veel meegemaakt in zijn leven. Hij toerde intensief met muzikaal gelijkgestemde zwaargewichten als Father John Misty, Elliott Smith en Jason Molina, terwijl hij op hetzelfde label als het eerdergenoemde Nirvana getekend was. Zowel Cobain, Smith als Molina, mensen waar Jurado ontzettend naar opkeek, pleegden zelfmoord. “Dat was extreem moeilijk. Sinds Jason is overleden kan ik nog steeds niet naar zijn platen luisteren. It’s too deep for me. Ik wilde hem redden. Het lukte me niet. Het lukte niemand. Ik heb geleerd dat ik andere mensen niet kan redden, hoe graag ik het ook wil. Dat is een harde realiteit om te accepteren. Het is schokkend om te beseffen dat veel muzikanten van mijn generatie er niet meer zijn. Misschien zijn het mentaal niet de stabielste personen. Maar Mark Kozelek, Cat Power en Will Oldham zijn er nog. En J. Tillman – he is still around, thank God.”

Jurado praat hartverwarmend over Molina, iemand die hem veel heeft geleerd. “Allereerst: neem jezelf, in je hart, serieus. Dat deed ik niet. Muziek maken was een hobby waarvoor ik betaald werd. Jason was daar heel serieus over: het was zijn wérk. Hij was de first working class musician die ik ontmoette.” De mooiste herinnering die Jurado aan hem koestert? Hij gaat rechtop zitten, en beweegt zijn handen groot en meeslepend. Zijn stem wordt luider. “De eerste keer dat ik Molina zag, was in Chicago. We speelden in een kleine club, er pasten niet meer dan 150 mensen in. Ik speelde samen met My Morning Jacket en Songs: Ohia.

My Morning Jacket arriveert en ze sleepten een aantal Marshall’s, muren van versterkers, naar binnen. Het was net Van Halen. Een stadionconcert in een buitengewoon kleine ruimte. Ze zagen eruit als Lynyrd Skynyrd. Ik dacht: ‘who the hell am I playing with?’ Het was zo fucking hard ook. Voordat My Morning Jacket ging optreden kwam hun gitaartechnicus stemmen. Hij droeg een leren jack, gympjes en hij houdt een Flying V vast, een echte metal-gitaar. Hij stemde eindeloos. Plotseling begint hij met een nummer. Ik werd gek, het was Jason Molina! Ik herkende hem eerst niet. Hij was net een metalkid. It totally surprised me. Zo’n klein mannetje, zoiets groots. Als je hem zag, vergat je hem nooit meer.”

Alles komt terug in dromen
Terug naar zijn nieuwe plaat. De Maraqopa-trilogie klonk even fantasierijk als de gebeurtenissen die de platen tot leven riepen. “Ik droom veel. Vanmorgen nog. Ik droomde dat ik een nieuwe baby had, een derde zoon. Ik ging naar een park, heel vreemd, heel levendig. De eerste droom die ik me kan herinneren was toen ik vier was. Een nachtmerrie. Het was een gang, steeds langer en langer. Er kwam geen eind aan. Ik droom niet zo goed. Alles komt terug in mijn dromen. Vaak zijn ze heftig, maar soms ook luchtig. Een voorbijgaande auto, maar ook de microfoon waarmee jij dit interview opneemt kunnen terugkomen. Very strange.”

Hoewel The Horizon Just Laughed in veel opzichten verschilt van zijn voorgangers, begon deze plaat ook met een droom. “Gebaseerd op een man die op een vliegtuig stapt. Hij kocht hem, in 1956. Hij stapt in en landt in het nu. Hij stapt uit het vliegtuig en denkt: waar ben ik? Waar zijn alle mensen? Hij ziet telefoons, andere manieren van lopen, gigantische vliegtuigen. Alles is brand new to him. Hij wil dat het zin heeft. Hij praat niet met God, maar met zichzelf, met mensen die hij echt kent.” Weer zo’n metafoor. Deze keer slaat hij, net als de titel van de plaat, op Jurado zelf. De horizon lacht weer naar hem, en hij is niet de enige die daar heel blij mee is.

Foto: Jaap Kroon.