Hoop, lef en trots (Onderwijsblad AOb)
In het hoofdlijnenakkoord ‘Hoop, lef en trots’ staan wat korte, kernachtige punten over onderwijs. Kerndoelen, focus, Nederlandse taal. Op het boodschappenlijstje van PVV, VVD, NSC en BBB staat verder dat leraren en lesmethoden ‘neutraal’ moeten zijn. Maar wat is de definitie van ‘neutraal’, eigenlijk?

Van Dale definieert neutraal als ‘tussen de partijen in staand’ en ‘onpartijdig’. Bijvoorbeeld een neutraal land, zoals Zwitserland tijdens de Eerste en de Tweede Wereldoorlog. Een leraar dient dus onpartijdig en tussen de (politieke) partijen in te staan. Een vervolgvraag: op welk vlak dient een leraar dan neutraal te zijn?
Gelukkig zijn de vier partijen in ‘hoop, lef en trots’ iets specifieker over de gewenste neutraliteit: neutraliteit wordt gedefinieerd als ‘politiek neutraal’. En het lesmateriaal — de ‘doelen’ en ‘onderwijsmethoden’ — dienen ‘neutraal’ te zijn.
JA! Eindelijk hebben politieke partijen het lef om de kwaliteit van lesmethoden te bevragen.
Onlangs ontvingen docenten een lesbrief van Nationaal Comité 4 en 5 mei. Met het intensiverende geweld in Oekraïne en Gaza voelt aandacht voor oorlog buitengewoon urgent. Goed daarom dat docenten lesmateriaal krijgen over het herdenken van oorlog.
Maar wat is een ‘politiek neutrale’ bespreking van de situaties in Oekraïne en Gaza?
‘Hoe zat het ook alweer’, staat in het lesmateriaal van het Nationaal Comité. In 22 items wordt de periode 1930 tot 1945 teruggebracht tot een kernachtige opsomming. Antisemitisme, zo insinueert dit lesmateriaal, dat komt door ‘de Duitsers’. Verder is er geen aandacht voor het midden-oosten, geen Nakba, geen Israël. Doordat de gevolgen van de Shoah niet aan bod komen lijkt het lesmateriaal onvolledig. Als de keuze wordt gemaakt voor de periode 1930 tot 1945, kan die keuze daarom neigen naar een eenstemmig, monopolistisch perspectief.
Dat het ook anders kan laat het lesboek the Making of the West: Peoples and cultures zien. Het boek van Lynn Hunt en collega’s bekijkt de Europese geschiedenis vanuit politiek, cultureel, economisch, sociaal, religieus en militair perspectief. The Making of the West is het verhaal van machtige heersers, migranten, vrouwen, burgers, lhbti, tot slaaf gemaakten, gekoloniseerden, gastarbeiders. Door het gebruik van veel perspectieven en stemmen laat The Making of the West de wereld zien vanuit verschillende camerahoeken, zoals een goede film dat kan doen. Het boek leert anders kijken en meer zien. Juist het meerstemmige perspectief zorgt voor een genuanceerde en, je zou haast zeggen neutrale weergave. Maar dit lesboek staat ver af van de boeken die momenteel gebruikt worden in Nederlandse scholen.
Want schoolboeken geven ‘een vertekend en verarmd beeld van de realiteit’, zo concludeerde NRC. Om zoveel mogelijk schoolboeken te verkopen mijden educatieve uitgeverijen van Nederland — Malmberg, Zwijsen, Noordhoff en ThiemeMeulenhoff — onderwerpen die mogelijk gevoelig liggen bij reformatorische scholen. Lobbygroepen mogen bij de vier grote educatieve uitgeverijen een verlanglijstje inleveren met onderwerpen die weggestreept worden uit schoolboeken. Hoog op dat lijstje staan onder meer ‘decadente’ kunstuitingen en ‘ver doorgevoerde vormen van emancipatie’.
Terwijl lhbti geweerd wordt uit lesmateriaal, spraken de formerende partijen zes uur over de vermeend doorgeschoten seksualiteit op scholen, zo onthulde het AD. Ondertussen wordt in het hoofdlijnenakkoord niet gesproken over werkelijke onderwijsproblemen. Geen woord over werkdruk (het onderwijs is de sector met de meeste burn-outs). Geen woord over het lerarentekort (dat toeneemt en toeneemt). En geen woord over sociale veiligheid op scholen. Het is de vraag of een schrijvende leraar daar iets van mag zeggen. Want de gewenste leraar moet ‘neutraal’ zijn.
Een versie van dit artikel verscheen in het juninummer van het Onderwijsblad, het blad van de AOb.