Eigenlijk doet ze niet eens zoveel bijzonders, ze is niet de enige die indierock maakt. En toch springen de liedjes van Nilüfer Yanya er zelfverzekerd bovenuit. Het zit ’m in de speelse melodie, de plotselinge overgang, hoe de ene gitaarlijn over de andere schuift. Neem het koortsige Like I Say: een grillig popliedje dat walst, mede door een loeistrakke en rafelige  gitaarriff – die vooral klinkt als háár gitaarriff. Daarna verandert de sfeer op My Method Actor en wordt de opvolger van het ‘chaotische’ Painless kalmer, helderder. Consistent. Schoon.

DOOR DAAN KRAHMER

NILÜFER YANYA neemt de telefoon op in Leeds, waar ze een dag eerder de nieuwe liedjes van haar derde album My Method Actor speelde in een knusse platenzaak. Ze legt haar toestel neer, ritst een mokkakleurige hoodie dicht. De klimmuur van de sportschool verschijnt. Het beeld wiebelt als Nilüfer naar buiten loopt en stabiliseert als ze plaatsneemt voor de houten schutting van de gym. ‘Oh my god, it’s so cold outside!’, zegt ze. Dan: ‘Sorry.’ Nerveuze giechel. Nervositeit blijft het eerste kwartier overheersen. ‘Ik denk dat ik nog steeds verlegen ben’, zegt ze.

Nilüfer Yanya werd in 1995 geboren in West-Londen. Haar familie heeft Barbadiaanse, Turkse en Ierse roots. Mede daarom noemde ze haar debuut uit 2019 Miss Universe. Soms wordt haar muziek weggezet als ‘world music’, maar Nilüfer Yanya schrijft gewoon gitaarliedjes, waar ze net zo goed jazz, soul en bossanova aan naait. Die brede interesse weerspiegelt in de muziek die ze zelf luistert. Ze bewaart liedjes van Funkadelic, Prokofiev, Gillian Welch, No Doubt, George Benson, Billy Bragg en Alice Coltrane in een Spotify-playlist met twee roze hartjes als titel.

Ze trok de aandacht van Louis Tomlinson van One Direction, die haar vroeg voor zijn girlband. Nilüfer bedankte. Mitski, The xx, Roxy Music en Adele, die haar stuk voor stuk vroegen als support act, boden haar nieuwe kansen. Sampha en King Krule bewerkten haar liedjes. Zelf remixte ze liedjes van Pixies en PJ Harvey. ‘Ik zag PJ Harvey óók, deze zomer!’, roept ze enthousiast. ‘Een paar weken geleden in Londen, met Big Thief en Tirzah. Dus al mijn favoriete artiesten op één avond. Droeg Harvey in Nederland ook haar heksachtige kostuum?’ Ze maakt een schrikgeluid, zo ‘creepy’ vond ze het spookachtige optreden van Harvey. Dan lacht ze. Wat nerveus weer. En dan steekt ze van wal en komen we er bijna niet meer tussen.

‘MIJN ZOMER was druk’, vertelt Nilüfer. ‘De lente rustiger. Ik was in Italië. Alleen. Later sloten mijn beide zussen aan. We schoten video’s. Al mijn muziekvideo’s worden gemaakt door mijn zus, Molly. Molly Daniel. Ik werk graag met mensen die ik goed ken.’

‘Het hoeft voor mij niets steeds groot, groter, grootst. Voor mij werkt het beter om iemand voor een langere periode te kennen. Ik heb ook altijd dezelfde manager gehad. Mijn band blijft hetzelfde. Dat helpt me. Het geeft me houvast, ik presteer beter in een vertrouwde omgeving. Ook [producer, co-writer] Will Archer ken ik al vijf jaar. Op My Method Actor werken we weer samen. Dat is het. Niemand anders. Will en ik wisten wat we wilden maken. Mijn derde plaat is kalmer, meer uitgekiend. Gefocust. Ik vertrouw Will blind.’

‘Dat geldt ook voor Dave Okumu, mijn voormalige gitaarleraar [tevens frontman van The Invisible en veelgevraagd sessiemuzikant, zo speelde hij met Amy Winehouse, St. Vincent, Matthew Herbert, King Sunny Adé en Tony Allen]. Als tiener liet ik Dave eens een zelfgeschreven liedje horen. Dave zei: je moet écht je eigen muziek zingen. Dat durfde ik niet. Daar was ik te verlegen voor. Dave zei: als je iets niet durft als je jong bent, durf je het ook niet als je ouder bent. En als je het nú leert, hoef je je later niet meer over je schaamte heen te zetten. Mijn oom, die muziekproducer is, zei dat ook. Oké, dacht ik, misschien hebben ze gelijk.’

Toch heeft Nilüfer haar verlegenheid niet helemaal afgeschud. ‘We deden een arenatour met Roxy Music, speelden in gigantische stadions. In die arena’s verwachtten bezoekers een grote show. Daar stond ik dan gewoon met mijn band op het podium. Niets meer. Na de grote shows van Roxy Music voelde ik me een beetje naakt op het podium. Ik draag geen kostuum of masker, ik word niet niemand anders zodra ik het podium betreed. Soms vind ik dat moeilijk. Dan word ik onzeker, komt er angst los. Ik ben niet iemand die het van nature fijn vindt als iedereen naar me kijkt. Uit een soort zelfbescherming ben ik me gaan verdiepen in method acting: dat je als acteur net zo lang oefent totdat je je materiaal bent geworden. Als ik een nieuw liedje schrijf, gebruik ik nu ook een vorm van method acting. Ik blijf het net zo lang spelen tot ik het liedje ben geworden. Dat zorgt ervoor dat ik me comfortabeler voel op het podium.’

‘DE ENIGE MANIER om muziek te maken is, denk ik, doorgaan, doorgaan, doorgaan. Verzin een idee, maak het af. Op een dag ben je gelukkig met het resultaat. Dan moet je door. Het is de beste remedie tegen over-analyseren. Ik zie dit ook bij mijn moeder. We lijken erg op elkaar: mijn moeder zit ook nooit stil, ze is altijd met een volgend project bezig. Ze is textieldesigner. Ik vind het geweldig om haar te volgen. Niemand verwacht een collectie liedjes van mijn moeder. Ze doet niet aan marketing en verkoopt zichzelf niet. Mama’s textiel voelt als pure kunst. Er is zoveel over mijn ouders te vertellen!’

‘Soms vergeet ik de offers die mijn ouders hebben gebracht. Ze zijn als beide kunstenaar werkzaam, terwijl ze ook een gezin met drie jonge meisjes moesten onderhouden. Mijn vader verdiende zijn geld vooral met de verkoop van schilderijen. Een grillige business. Om brood op de plank te krijgen is hij daarnaast les gaan geven. Hij staat nog steeds voor de klas, zodat onze familie een stabiel inkomen heeft. Het is lastig rondkomen als beide ouders kunstenaar zijn. Mijn ouders hebben veel opgegeven voor mij en mijn zussen. Zo hebben ons een zorgeloze jeugd gegeven.’

‘NIEMAND in mijn familie is Brits, maar we zijn wel allemaal grootgebracht in Groot-Brittannië. Mijn vader groeide op in Turkije voordat hij naar Londen verhuisde. Ook mijn moeder kwam op jonge leeftijd naar Londen. Iedereen heeft zijn eigen ervaring met – en kijk op – Engeland. Zelf ben ik deels eerste-, deels tweede-generatie-Brits. Een interessante ervaring. Ik zie dat mijn moeder zich thuisvoelt in Londen. Mijn vader heeft een andere definitie van thuis. Hij woonde een groot deel van zijn leven in Turkije. Maar hij is nu al zo lang in Londen, ik denk niet dat hij zich nog kan voorstellen om ooit weer in Turkije te wonen.’ 

De maatschappelijke discussie over het koloniale verleden van Engeland is iets wat haar en haar familie danig bezighoudt, vertelt Nilüfer. ‘Toen ik jong was, werd er eigenlijk niet over die donkere kant van de Britse geschiedenis gesproken. Op school leerde ik er maar mondjesmaat over. Pas de laatste jaren is die discussie losgebarsten. Mijn familie heeft zelf onderzoek gedaan naar onze voorgeschiedenis. Een neef in Barbados is in de familiegeschiedenis gedoken. Toen hij overleed, zijn de papieren overgedragen aan de Britse kant van de familie. Mijn tante, Gloria Daniel, doet sinds 2020 vervolgonderzoek, met name naar standbeelden in het Britse straatbeeld. Je weet niet wat je hoort als je erin verdiept!’

‘De tweede achternaam van mijn moeder is Daniel. Haar vader woont op Barbados. De over-over-overgrootvader van mijn opa, John Isaac Daniel, is als tot slaaf gemaakte geboren op een suikerplantage in Barbados. Daniel is niet de echte achternaam van mijn moeders familie: dat is de naam die mijn moeders familie gegeven is… en destijds op hun lichamen is gebrandmerkt.’ 

‘En mijn tante heeft nog iets ontdekt: de nazaten van de landeigenaar, de eigenaar van mijn verre voorouders, zijn nu zeer welvarende mensen in Bristol. Die landeigenaar was een gevierde handelaar. Mijn tante kwam erachter dat er nogal wat gedenktekens voor deze man zijn in het Verenigd Koninkrijk. Dankzij het werk van mijn tante beschrijven de plakkaten en bordjes bij die gedenktekens en standbeelden nu ook hoe deze mensen aan hun geld komen. Volgende maand is er een expositie over dit thema, mijn familie heeft er kunst voor aangeleverd. Het leeft in de maatschappij, dat voelen we.’
De Britse media besteedde aandacht aan het werk van Nilüfers tante. Zo organiseerde de BBC een ontmoeting tussen twee conflicterende familieverhalen. Gloria Daniel maakte kennis met Ruth Hecht. Zo kwam de familiegeschiedenis die teruggaat tot slavernij in aanraking met de familiegeschiedenis die teruggaat tot plantagehouders. 

In het item voor de BBC bezoeken Gloria en Ruth samen gedenkstenen ter nagedachtenis van Thomas Daniel, een persoon waar ze beide een persoonlijke familieconnectie mee hebben. Samen staan ze voor een marmeren standbeeld in de kathedraal van Bristol. Het bijschrift vermeldt dat Daniel door de kerk heilig is verklaard. Deze woorden zijn oxymoronisch, zegt Nilüfers tante op camera. “Here in the house of God, your house of God, lies this man responsible for monstrous, monstrous deeds… memorialized.” 

Vandaar dat er revisies nodig waren, corrigerende nieuwe teksten, vormgegeven door Nilüfers moeder. Op die corrigerende teksten is lezen hoe 760.000 tot slaaf gemaakte mensen naar de Caraïben werden verscheept. In 1833 eindigde de Britse slavernij met de Slavery Abolition Act. De Britse regering trok de portemonnee ter compensatie van opgedaan leed. Zo werd 20 miljoen pond verdeeld onder platagehouders. Ja, niet de tot slaaf gemaakten, maar de plantagehouders kregen van de Britse regering financiële compensatie.  

Nilüfer Yanya: ’Met dit project hoopt mijn tante mensen nieuwsgierig te maken naar hun geschiedenis. We delen een onverteld verleden. Voor veel Engelsen is dit nieuw. Mensen begrijpen niet hoe het moderne Engeland, het land waarin we nu leven, is ontstaan. Als je kennis neemt van deze verhalen, weet je zelf ook beter waar je staat en waar je heen wilt. Hoe je denkt, voelt, hoe je wil leven.’

‘Ik ben zelf anderhalf jaar geleden voor het eerst op Barbados geweest. We hebben oude plantages bezocht. Het was interessant om het eens zelf van dichtbij te zien. Er zijn zoveel mensen vanuit de Cariben naar Engeland getrokken, de zogenaamde Windrush Generation, en dan gaan we slechts terug tot 1950. Mijn beste vriend, die ook in mijn band speelt, is half-Nederlands, half-Surinaams. Zijn verhaal is globaal gezien hetzelfde.’ 

HET ZELFONDERZOEK leidde tot zelfrefectie en uiteindelijk tot meer reflectieve songs, zoals te horen op de nieuwe plaat. Na de rafelige opener Like I Say klinkt My Method Actor introspectiever dan zijn twee voorgangers. Aan de songteksten is duidelijk aandacht besteed. Soms klinken Nilüfers observaties alledaags, soms lijken ze te refereren aan meer verborgen, diepe gronden. ‘Cause thе sun on your face never changе’, zingt ze met soepele stem in Just A Western, ‘there’s a darkness in me’. Het lijkt een hint naar dat verborgen verleden, dat aanwezig blijft in het heden. En in het titelnummer: ‘People like you and me get jaded / People like us, our dreams get faded’.

Laat je niet bedriegen door de ogenschijnlijk onschuldige indierock- en popliedjes van Nilüfer Yanya, als je ze afpelt zit er een verontrustende laag onder. 

Voor OOR.

MY METHOD ACTOR is op 13 september verschenen.

NILÜFER YANYA: 24 nov Botanique, Brussel (B) | 25 nov Melkweg, Amsterdam